Als je een juridische opleiding volgt, moet je bronnen vermelden volgens de Leidraad voor juridische auteurs uit 2022. Veel andere opleidingen volgen de APA-stijl voor bronvermeldingen, maar juridische opleidingen houden deze leidraad aan. De Leidraad voor juridische auteurs zorgt ervoor dat iedereen binnen het juridisch veld op een consistente en leesbare manier verwijst naar bronnen. Dit zijn de belangrijkste regels voor deze verwijzingsstijl.
Leidraad voor juridische auteurs 2022
Voor dit artikel gaan we uit van de Leidraad voor juridische auteurs uit 2022. Dit is de meest recente editie van de leidraad. Uitgangspunt hierbij is dat je op twee manieren naar bronnen verwijst:
- Je zet in voetnoten verkorte verwijzingen naar de literatuur die je in de tekst aanhaalt.
- Je zet daarnaast in de literatuurlijst op het eind de volledige bronvermelding.
Door voor je bronvermelding deze richtlijnen aan te houden, voorkom je (onbedoeld) plagiaat. Check overigens altijd de richtlijnen die jouw studie aanhoudt voor de Leidraad voor juridische auteurs. Die zijn altijd leidend.
Lees je de leidraad zelf door? Wees voorbereid: het is een dik boek. In de samenvatting vind je de meeste informatie, dus vooral die is belangrijk om door te nemen. Dat scheelt je een heel boekwerk doorploegen.
Generator Leidraad voor juridische auteurs
Wil je automatisch de juiste bronvermelding in deze stijl ontdekken voor jouw bronnen? Maak dan gebruik van onze gratis generator voor de Leidraad voor juridische auteurs. Na het invullen van een paar gegevens krijg je voor elke bron direct de juiste formulering te zien. Handig, toch?!
Voetnoten bij Leidraad voor juridische auteurs 2022
Om de tekst prettig leesbaar te houden, maakt de Leidraad voor juridische auteurs uit 2022 gebruik van voetnoten. Je zet in de lopende tekst een voetnootnummer (bijvoorbeeld 1) bij de informatie die je aan een bron hebt ontleend. In de voetnoot zet je een verkorte vermelding van de bron. Probeer voetnoten zoveel mogelijk na de eindpunt van de zin te zetten, niet midden in de zin. De verkorte vermelding van de bron komt onderaan de pagina, in de voetnoot, te staan.
De vorm van verwijzing in de voetnoot verschilt per type bron. Hieronder vind je voor diverse typen bronnen het juiste voetnootformat. Lees ook zeker onze artikelen over de typen bronnen. Daarin vind je nog meer uitleg over en voorbeelden van de bronvermelding per brontype:
-
tijdschriftartikelen;
-
boek of publicatie in een boek;
-
online publicatie;
-
wetten en regelingen;
-
jurisprudentie;
-
parlementaire stukken.
Tijdschriftartikel
Voetnootnummer. Achternaam auteur(s) Jaartal, p. Eerste paginanummer.
Dus:
Dijkgraaf, Ursel & Franken 2022, p. 176
Publicatie in een boek
Achternaam auteur(s) Publicatiejaar.
Dus:
Sanders & Warmoed 2019.
Publicatie op een website
Let op: het format hieronder geldt voor websites of webpagina’s die regelmatig worden geüpdatet (zoals blogberichten. Voor andere typen online bronnen gelden andere formats. In ons artikel over de bronvermelding bij online bronnen lees je daar meer over.
Voetnootnummer. Naam auteur Jaartal (online, bijgewerkt [bijwerkingsdatum]).
Dus:
1. De Vries 2022 (online, bijgewerkt 6 september 2023)
Verwijs je naar een website of webpagina? Dan neem je die URL niet op in de literatuurlijst, maar enkel in een voetnoot. De bronvermelding ziet er dan bijvoorbeeld zo uit:
Voetnootnummer. ‘Naam website of titel webpagina’, URL homepage.
Dus:
1. ‘Leidraad voor juridische auteurs 2022: de belangrijkste richtlijnen, athenacheck.nl.
Let op: de websitelink moet je altijd zo kort mogelijk houden. Laat dus niet-relevante stukjes (zoals ‘https://www.’) weg. Past de URL niet op de regel na de titelvermelding, zet hem dan in zijn geheel op de volgende regel. Lukt ook dat niet? Breek de URL dan op regel 1 af door een spatie te gebruiken. Gebruik geen afbreekstreepje.
Wetten en regelingen
Een verwijzing naar wetten en regelingen of parlementaire stukken zet je ook in een voetnoot en in de literatuurlijst. Een verwijzing in de voetnoot zal er als volgt uit zien:
Regeling:
1. Stb. 2021, 12.
Kamerstukken:
1. Kamerstukken II 2019/20, 35336, nr. 3, p. 28.
Let op: deze notatie van kamerstukken is de enige juiste volgens de Leidraad voor juridische auteurs. De overheid gebruikt soms een andere verwijzingsmanier onder haar stukken. Houd ook dan toch de verwijzingswijze uit de Leidraad aan.
Verwijzing naar jurisprudentie
Wanneer je verwijst naar jurisprudentie, moet je een meer uitgebreide verwijzing opnemen. Dit heeft er ook mee te maken dat je dit type bronnen niet altijd in de literatuurlijst zet. Hier gelden overigens voor sommige onderwijsinstellingen uitzonderingen op; het is soms nodig om een aparte literatuurlijst met jurisprudentie te maken. Check dus goed hoe dit bij jouw opleiding zit.
Een verwijzing naar jurisprudentie ziet er als volgt uit:
Voetnootnummer. Afkorting instantie Datum, ECLI-nummer.
Bijvoorbeeld:
1. Rb. Rotterdam 17 november 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:10942.
Meer voorbeelden zien?
Bekijk onze voorbeelden van de Leidraad voor juridische auteurs voor een beter beeld bij hoe de verwijzingen eruitzien.
Literatuurlijst bij Leidraad voor juridische teksten 2022
Achterin je scriptie neem je een literatuurlijst op. Daarin komen alle bronvermeldingen op alfabetische volgorde te staan, behalve de bronvermeldingen die niet in de lijst hoeven te staan. De bronvermeldingen in de literatuurlijst bestaan uit (vetgedrukt) de eerder opgenomen verkorte verwijzing (zonder punt op het eind en zonder paginanummer) aangevuld met (niet vetgedrukt) de volledige bronvermelding.
Voor elk type bron geldt een andere vorm van bronvermelding. De richtlijnen voor drie veelvoorkomende typen bronnen zijn als volgt.
Tijdschriftartikel
Van Eersel & Van den Bergh 2017
M. van Eersel & T. van den Bergh, 'Blockchain en smart contracts. Toegang tot een reeks van slimme dingen', FRP 2017/457, p. 920-970
Boek
Pennings & Peters 2021
F.J.L. Pennings & S.S.M. Peters, Europees arbeidsrecht (Monografieën Sociaal Recht, deel 2), Deventer: Wolters Kluwer 2021.
Bijdrage aan een bundel
Woltjer & Van Pachtenbeke 2019
A.J.TH. Woltjer & A. Van Pachtenbeke, commentaar op art. 3 EVRM, in: W.N. Ferdinandusse, V. Mul, M.J.A. Plaisier, G. Knobbout & M. van Strien, Sdu Commentaar Strafvordering, Den Haag: Sdu 2019.
Lees ook onze andere artikelen
In onze kennisbank hebben we nog meer artikelen staan over de Leidraad voor juridische auteurs 2022. Lees onder andere ook onze artikelen over deze onderwerpen:
-
afkortingen;
-
internationale organisaties;
-
hoofdlettergebruik.
Je scriptie laten nakijken?
Bij de correcte bronvermelding helpen we je een handje via onze Leidraad voor juridische auteurs-generator. Vind je het daarnaast fijn om je scriptie te laten nakijken op taal- en spelfouten en structuur? Slim! Laat het filteren van de foutjes maar over aan de editors van AthenaCheck. Ook jouw scriptie lopen we graag na op taal, structuur en rode draad.