Het maken van een probleemanalyse (ook wel ‘probleemoriëntatie’) is cruciaal als je een scriptie schrijft. Hierin ga je het probleem uitdiepen waar jouw scriptie zich op richt. De probleemanalyse vormt de basis voor onder andere je probleemstelling en doelstelling. Ook kun je dankzij een goede probleemanalyse de juiste onderzoeksvragen bedenken. Een probleemanalyse maken, hoe pak je dat goed aan?
Betekenis probleemanalyse
De betekenis van probleemanalyse is als volgt: een uitgebreid onderzoek naar de achtergrond van je gekozen vraagstuk, zodat je daar vervolgens voor je scriptie verder in kunt duiken.
De probleemanalyse is meestal geen concrete paragraaf in je scriptie. Wel laat je onderdelen ervan vaak terugkomen in je inleiding en theoretisch kader. Zo gebruik je de probleemanalyse als je de aanleiding in je scriptie beschrijft, als je je onderzoeksvraag vaststelt en als je de literatuur in het theoretisch kader gaat beschrijven.
Let op!
Met ‘probleem’ wordt niet altijd een problematische situatie bedoeld die jij moet oplossen. Het gaat bij hbo-scripties meestal om een vraagstuk vanuit de praktijk en bij universitaire scripties om een theoretisch vraagstuk waarop je antwoord moet vinden. Jouw antwoord op het vraagstuk draagt soms bij aan de oplossing van een probleem.
Probleemanalyse maken: waar moet je op letten?
Ga je een probleemanalyse maken? Doorloop dan de volgende stappen:
-
Breng de context in kaart. Kijk daarvoor naar de organisatie of de groep mensen onder wie het probleem speelt. Welke ontwikkelingen spelen een rol? Speelt dit ook op andere plekken? Je kunt de DESTEP-methode gebruiken om hier een goede analyse van te maken. Het visgraatmodel biedt een goed hulpmiddel om de factoren die meespelen bij het probleem in kaart te brengen.
-
Bestudeer literatuur. Wat wordt er in bestaande literatuur al over dit onderwerp geschreven? Welke oplossingen zijn misschien al geprobeerd? Wat was het resultaat daarvan?
-
Ga in gesprek met mensen. Bij praktijkscripties ga je vaak het gesprek aan met mensen van de organisatie zelf. Bij theoretische scripties ga je bijvoorbeeld in gesprek met de doelgroep, met onderzoekers uit het veld of met mensen die het probleem in de praktijk ervaren. Zo doe je extra kennis op over het onderwerp.
-
Baken je onderwerp af. Maak je scriptie-onderwerp zo concreet en specifiek mogelijk. De SMART-methode kan je daarbij helpen.
-
Bepaal de relevantie. Waarom is het voor de maatschappij, voor de wetenschap en/of voor de praktijk relevant dat jij hier onderzoek naar doet? Breng dit zo uitgebreid mogelijk in kaart. Beschrijf bijvoorbeeld wat het voor de maatschappij betekent als jij dit vraagstuk oplost.
-
Schrijf je probleemanalyse op de juiste manier op. Dit doe je in de inleiding van je scriptie, vaak verdeeld over meerdere paragrafen. Hierin bespreek je onder andere één voor één de aanleiding van je onderzoek, de context ervan en de relevantie van je onderzoek. Daarna volgen een probleemstelling en een doelstelling. Tot slot komen de onderzoeksvragen, die ook uit de probleemanalyse voortkomen.
Voorbeeld probleemanalyse
Een voorbeeld van een probleemanalyse bij een praktijkvraagstuk is als volgt:
Een plaatselijke drukkerij verliest veel klanten aan digitale prijsvechters binnen de drukkerijmarkt, zoals Drukwerkdeal. De plaatselijke drukkerij vindt het lastig om zijn naamsbekendheid als kleine partij te vergroten en zo meer lokale klanten te trekken. Vooral online hebben zij weinig bekendheid. Het verkeer op de website is laag en het bedrijf is niet actief op social media. Als het bedrijf hierin geen stappen zet, daalt mogelijk het aantal orders verder en moet de eigenaar op termijn zelfs de deuren sluiten.
Bij een theoretisch vraagstuk kan de probleemanalyse er bijvoorbeeld zo uitzien:
Jouw onderzoeksonderwerp is ‘de invloed van koffie op de concentratie van studenten gedurende de dag’. Om je te oriënteren op dit onderwerp en om je onderwerp verder af te bakenen, ga je je verdiepen in vragen als:
-
Wat is er al bekend over de relatie tussen koffie en concentratie?
-
Wat doet cafeïne met de hersenen?
-
Hoeveel koffie drinken studenten gemiddeld?
-
Waar lopen studenten misschien zelf tegenaan bij het gebruik van koffie?
-
Wat is nog meer van invloed op de concentratie van studenten?
De antwoorden op die vragen haal je aan in de probleemanalyse.
Bekijk ook ons meer uitgebreide voorbeeld van een probleemanalyse. Daarin komen alle verschillende elementen, zoals de context, afbakening, relevantie, probleemstelling en doelstelling terug.
En dan: hoe zit het met de onderzoeksvraag?
Zodra je de probleemanalyse hebt gemaakt, is het tijd om de onderzoeksvragen vast te stellen. Het gaat om een hoofdvraag en deelvragen. Ook die moeten zo concreet en specifiek mogelijk zijn. Benieuwd hoe jij goede onderzoeksvragen opstelt? We geven je graag praktische tips voor het bedenken van een sterke onderzoeksvraag.